Botziekte van Paget, een chronische aandoening waarbij het bot wordt afgebroken

De botziekte van Paget is een chronische aandoening waarbij het bot te snel wordt afgebroken. Om het lichaam op tijd te voorzien van nieuw bot wordt het nieuwe bot snel, slordig en ongeordend aangemaakt. Dit bot is brozer en minder sterk dan normaal, omdat het niet voldoende tijd krijgt om hard te worden. Ook lopen mensen met Paget sneller breuken en kneuzen op, en kan het bot sneller buigen en zijn vorm verliezen. Het nieuwe bot is groter dan het oorspronkelijke bot, waardoor het minder ruimte heeft. De ziekte is niet dodelijk, maar moet weel altijd behandeld worden om de aantasting van het bot te beperken. Een goede behandeling kan de ziekte volledig stopzetten.

Mensen met de botziekte van Paget lijden vaak aan vermoeidheid, en ervaren pijn in het afbrekende bot. De botproblemen komen meestal voor in het bekken. Meestal zijn meerdere botten tegelijk aangetast, waardoor het in verschillende gebieden kan voorkomen. Soms vindt de ziekte zijn plaats in de wervelkolom, schedel, het heiligbeen en de armen en benen.

De aandoening komt voor bij zo’n 3,5% van de mensen met een leeftijd boven de 55 jaar. Bij mensen jonger dan 40 jaar is de ziekte zeer zeldzaam. Het komt iets vaker voor bij mannen dan bij vrouwen.

Symptomen botziekte van Paget

Afhankelijk van het gebied waarin de botziekte zich ontwikkelt, kunnen de klachten per persoon verschillend zijn. Veel mensen ervaren geen klachten, behalve het sneller breken en kneuzen van de botten. Anderen hebben wel last van de gevolgen van Paget. Symptomen die de botziekte van Paget aanduiden zijn:

  • Brandende, hete, diepe pijn in het bot
  • De pijn verdwijnt niet door te rusten
  • Branderig gevoel op de huid rondom het probleemgebied
  • Overgevoelige huid rond het probleemgebied
  • Spierpijn
  • Stijfheid
  • Het sneller kneuzen en breken van botten
  • Slechts een enkeling ervaart een overbelast hart

Wanneer de problemen zich rondom de rug ontwikkelen, ontstaan de volgende klachten:

  • Rugproblemen, zoals acute rugpijn door een wervelbreuk
  • Tintelingen, bewustzijnsverlies

Wanneer het bot wordt afgebroken in de schedel, kan je de volgende symptomen ervaren:

  • Hoofdpijn
  • Oorsuizen
  • Duizeligheid
  • Minder goed kunnen zien
  • Minder goed kunnen horen

In heel zeldzame gevallen, vooral wanneer de ziekte niet goed behandeld wordt, kan het aangetaste bot tot kanker leiden. Dit gebeurt bij minder dan 1% van de mensen die de diagnose van Paget hebben, dus de kans is erg klein dat dit jou overkomt. Zorg er wel voor dat je de aandoening zo snel mogelijk laat behandelen, om dit niet te laten gebeuren.

Diagnose

De aandoening is redelijk gemakkelijk te diagnosticeren door de specifieke klachten en de duidelijk zichtbare resultaten uit onderzoeken. Om de diagnose botziekte van Paget te stellen worden verschillende onderzoeken uitgevoerd. Verschillende onderzoeken hiervoor zijn:

  • Botscans
  • Laboratoriumonderzoek van botweefsel
  • Röntgenfoto’s
  • Bloedonderzoek
  • Urineonderzoek

Na de diagnose kunnen deze tests herhaald worden, om de staat van de ziekte vast te stellen. Bij botscans kan gezien worden hoeveel botten er zijn aangetast en of de ziekte erg actief is, of niet. Bij bloedonderzoek worden stoffen gemeten die vrijkomen door de botafbraak, waardoor duidelijk wordt hoe het afbraakproces verloopt en hoe actief de ziekte is.

Behandeling

Het behandelen van de botziekte van Paget is erg belangrijk, omdat de ziekte volledig stilgezet kan worden met de juiste behandeling. Het volledig genezen van de ziekte is nog niet mogelijk, maar het stoppen van de verergering wél. Zonder behandeling echter kan de ziekte zich steeds verder ontwikkelen, tot de botten erg misvormd zijn en je beperkt kan functioneren. Al aangedane schade is niet meer te repareren, daarom is het belangrijk om er op tijd bij te zijn. De behandeling gaat als volgt:

Er wordt een bisfosfonaat voorgeschreven, een medicijn dat het bot helpt met het opnemen van calcium. Het creëert een normale balans tussen botafbraak en botopbouw, waardoor de ziekte stilgezet wordt.

Het medicijn wordt toegediend via een infuus. Bij sommige bisfosfonaten is de behandeling éénmalig, bij andere moet je één keer in de 3 tot 4 maanden terugkomen voor een herhaalrecept. Op de dag van de behandeling kan je spierpijn en stijfheid ervaren, dit gaat vanzelf over en is niet zorgelijk. Een paar dagen na het infuus kan hoofdpijn, koorts of pijn in het probleembot ontstaan. Dit komt door de genezing. Bij herhaalrecepten zijn de bijwerkingen meestal enkel aanwezig na de allereerste behandeling. Na 1 tot 2 maanden begint de pijn af te nemen.

Om eventuele pijn te verlichten kunnen pijnstillers voorgeschreven worden. Meestal is de pijn te behandelen met pijnstillers zonder voorschrift, die af te halen zijn bij apotheek of drogist.

Na de behandeling is het van belang om onder controle te blijven bij een arts, omdat de ziekte lange tijd stil kan staan, maar ook opnieuw actief kan worden. Wanneer de ziekte goed behandeld en gecontroleerd wordt, ervaren mensen weinig klachten en kunnen ze een leven leiden zonder zich ziek te voelen.

Gesponsorde links